Voor een pasta met alleen eigeel: gebruik 4 a 5 eigelen per 100g pastameel.
Recept Luigi Donnari (uit Op zoek naar perfectie van HB, pag 188):
100 g heel ei 25 g dooier. 1 Kg semolina per 500 g ei.
Aanpassing: Als deeg te droog is, een eidooier erbij.
Leg de bloem in een bergje op het werkblad en maak een kuiltje in het midden.
Breek de eieren in het kuiltje, voeg desgewenst de olie en het zout toe. Vermeng met een vinger of een vork de eieren, olie en zout en een beetje van de bloem.
Meng geleidelijk de bloem door de eieren en werk vanuit het midden. Houd met de andere hand de bloem op z'n plaats. Zo loopt het vocht niet weg.
Kneed het deeg op een met bloem bestoven oppervlak, keer het regelmatig om. Het deeg moet zacht en soepel zijn en mag niet plakken. Als het plakt voeg je nog wat bloem toe.
Om een glad en licht glanzend deeg te krijgen, moet je ongeveer 6 minuten kneden. Bij alleen pastameel, durum, iets langer.
Laat het deeg zeker een half uur rusten onder een doek.
Verdeel het deeg in een aantal handzame porties en bedek het met een doek.
Zet de roller van de pastamachine op de wijdste stand en haal het deeg er een keer of 3 door. Vouw het in drieën en draai het na het doorhalen een kwartslag en vouw dan weer in drieën. Als het deeg plakkerig aanvoelt, bestuif het dan met bloem en rol net zo lang tot het deeg soepel en elastisch is en fluweelzacht aanvoelt.
Zet dan de roller een tandje lager (of hoger, hangt af van de machine) en haal het deeg erdoor.
Zet dan weer een tandje lager en ga zo door tot je de gewenste dikte hebt.
De vellen die klaar zijn leg je op een doek, bestrooid met bloem.