• Doe de bloem, boter, kaas, cayennepeper, ansjovis en olijven in een keukenmachine en meng alles tot een stevig deeg. Wikkel het deeg losjes in plastic folie en leg 20 minuten in de koeling. Verwarm de oven voor op 200 graden. Rol het deeg uit in een dunne plak op een met bloem bestoven vlak. Snijd het deeg in lange repen van 5 cm breed. Snijd elke reep in driehoekjes. Leg ze op een met bakpapier beklede pakplaat en laat ze in 8 - 10 minuten goudbruin worden.

• De melk en het vanillestokje op laag vuur tegen de kook aanbrengen. Van het vuur nemen en enigszins laten afkoelen. De eidooiers met de suiker kloppen en de bloem en de maizena erdoor roeren. Het vanillestokje verwijderen en de melk door het eimengsel roeren. De vla terugschenken in de pan en al roerend op laag vuur aan de kook laten komen. Onder voortdurend roeren 1 minuut doorkoken. Afgedekt met plasticfolie laten afkoelen en voor gebruik even doorkloppen.

• Prak de frambozen fijn en druk ze door een zeef om de pitjes te verwijderen. Zet weg. Doe de witte chocolade en de boter in een vuurvaste kom. Breng de room in een steelpan aan de kook. Giet de hete room direct over de chocolade en boter en roer met een pannenlikker tot het een gladde, glanzende massa is. Schep direct de frambozenjam in de tartelettevormpjes. Giet daarna heel rustig de ganache erop. Hij moet vrijwel tot de rand van de vormpjes komen. Schep in het midden van elk taartje een klein beetje frambozencoulis, niet meer dan een halve theelepel. Trek van daaruit met de punt van een mes of prikker een spiraal over de bovenkant. Zet de tartelettes voorzichtig in de koelkast en laat ze opstijven. Haal ze minstens 30 minuten voor het opdienen eruit.

• Rol het briochedeeg uit tot een plak van 0,5 cm. Steek er ronde plakjes uit van 9 – 10 cm. Leg ze op een bakplaat met bakpapier en laat ze 1 -2 uur rijzen of tot ze 2 keer zo hoog zijn.

Vulling

• Verhit de oven tot 130 graden. Snijd de tomaten over de lengte in 4-en en snijd elk part overlangs doormidden. Leg de parten met de velkant onder op een bakplaat en besprenkel ze met olijfolie en azijn. Strooi er zout, peper en mint over. Laat de tomaten 1-1,5 uur in de oven drogen tot ze nog enigszins vochtig zijn. Laat dan afkoelen.
• Fruit voor de gekarameliseerde uienringen de ringen met olie, suiker en zout in een grote pan circa 7 minuten op hoog vuur, roer af en toe tot ze gekarameliseerd zijn. Neem ze van het vuur en roer de fijngehakte knoflook erdoor. Laat afkoelen.

Pizza’s

• Verhit de oven nu tot 170 graden. Bestrijk de gerezen bodems met wat losgeklopt ei en verdeel een flinke portie uienringen op het midden. Verdeel er ruim tomaat, feta en olijven overheen. Het deeg zal in de oven flink uitzetten, dus wees royaal met de vulling. Sprenkel er een beetje olijfolie over en kruid met zout en peper. Bak ze in 15 – 20 minuten gaar.
• Haal ze uit de oven en laat wat afkoelen. Bestrijk ze met wat extra olie en garneer met een blaadje peterselie.

• Hoeveelheid is voor 8 personen wanneer je de aubergines in rondjes snijdt, in plaats van halve.
• Verhit de oven tot 200 graden. Snijd de aubergines overlangs doormidden en snijd ook midden door het groene steeltje. Maak een paar ruitvormige inkepingen in het vruchtvlees.
• Leg de halve aubergines met de snijkant naar boven op een bakplaat met bakpapier. Bestrijk ze met olijfolie tot alle olie in het vruchtvlees is getrokken. Bestrooi ze met tijnblaadjes en een beetje zout en peper. Rooster de aubergines 35-40 minuten in de oven. Het vruchtvlees moet gaar, geurig en lichtbruin zijn. Neem ze uit de oven en laat koud worden.
• Maak in de tussentijd de granaatappel en de saus. Snijd de granaatappel doormidden en klop er de pitten uit.
• Roer voor de saus de ingredienten door elkaar en zet tot gebruik weg in de koelkast.
• Schep voor het opdienen een royale hoeveelheid saus op de aubergines, bestrooi ze met za’atar en flink wat granaatappelpitten en garneer met citroentijm. Maak het af met wat olijfolie.