• Maak de witte chocolademousse en laat afkoelen in de koelkast of vriezer als je weinig tijd hebt.
• Maak de aarbeienmousse en laat ook afkoelen in de koelkast of vriezer.
• Maak de honingraatkoekjes.
• Smelt de pure chocolade au bain marie. Stort ze uit over bakpapier en strijk glad met een palletmes. Snijd rondjes ter grootte van de opmaakringen. Laat uitharden. Bewaar de resten om het dessert straks te garneren.
• Maak het aardbeienijs en zet in de vriezer. Zet voor elke dessert een bordje klaar. Leg hierop een opmaakring. Bekleed de rand van de ring met gebakfolie. Begin met het chocoladerondje in de ring te leggen. Doe een schep aardbeienijs hierop en druk aan. Leg hierop een laag witte chocolademousse en daarbovenop weer een laag aardbeienmousse. Bestrijk de toplaag met de aarbeiengelei en een halve aardbei. Haal voorzichtig de ring omhoog en verwijder het folie. Bekleed de rand van het taartje dakpansgewijs met de honingraatkoekjes. Steek wat pure chocoladerestje van de rondjes in de gelei en dien direct op.

Het samenstellen van de compositie

• Zet voor elke dessert een bordje klaar. Leg hierop een opmaakring. Bekleed de rand van de ring met gebakfolie. Begin met het chocoladerondje in de ring te leggen. Doe een schep aardbeienijs hierop en druk aan. Leg hierop een laag witte chocolademousse en daarbovenop weer een laag aardbeienmousse. Bestrijk de toplaag met de aarbeiengelei en een halve aardbei. Haal voorzichtig de ring omhoog en verwijder het folie. Bekleed de rand van het taartje dakpansgewijs met de honingraatkoekjes. Steek wat pure chocoladerestje van de rondjes in de gelei en dien direct op.

• Doe de boter, room, suiker en honing in een pannetje en verwarm tot het enigszins begint te verkleuren. De geschaafde amandelen erdoor roeren en alles op een met bakpapoer beklede bakplaat schenken. In een oven van 170 graden 5 minuten bakken. Uit de oven nemen en in rechthoekjes snijden die even hoog zijn als het gebak. De honingraten worden snel hard, dus flink doorwerken.

• Pureer de aardbeien samen met het citroensap, de suiker en de eidooier. Vermeng het aardbeienmengsel met de slagroom en de melk. Schakel de ijsmachine in en giet het mengsel in de kom. Draai tot ijs.

• Schil de aardappels en snijd in dunnen plakken. Hak de peterselie en olijven grof. Was de prei goed en hak grof. Verhit de olie en boter in een grote pan op middelhoog vuur, fruit de prei 2 minuten tot zacht, maar niet gekleurd. Voeg de aardappels, olijven, peterselie en bouillon toe en kook zachtjes tot de aardappels gaar zijn. Haal de pan van het vuur. Pureer in kleine proties met de staafmixer of blender tot een gladde massa. Haal door een zeef. Doe over in een schone pan. Roer de room erdoor en breng op smaak met zout en peper. Doe een deksel op de pan en zet weg tot gebruik.

• Meng de boter, basterdsuiker, melk, rum, kaneel, zout, anijspoeder, anijszaad en de fijngehakte amandelen. Voeg de zeeuwse bloem en het bakpoeder toe en kneed het tot een stevig deeg. Verpak het deeg in plasticfolie en laat het 1 uur rusten in de koelkast.
• Neem een stuk van het deeg en rol dit met de handen op een licht met bloem bestoven werkblad uit tot een pil van 3 cm rond. Snijd hiervan stukjes van 2 cm lang en leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat. Druk ze met de duim iets in. Verwerk de rest van het deeg op dezelfde manier. Bestrijk de bovenkant met het losgeklopte ei.
• Bak de koekjes in een voorverwarmde oven op 160 graden.