Verwijder het vel en eventuele graten van de zalm. Bestrooi de filet royaal met de sichimi togarashi en wat roze peper. Verhit de olie in een pan en bak de zalm op matig vuur 8 minuten aan beide kanten. Laat hem afkoelen en breek in grote stukken. Verdeel de rijst en zalm in evenveel porties als er norivellen zijn. Leg een vel nori met de glanzende kant omlaag (de ruwste kant naar binnen) op een bamboematje met de lange kant naar je toe. Verspreid met natte handen een portie rijst gelijkmatig over de nori, je moet door de rijst de nori nog kunnen zien. Meng de mayonaise met wat wasibipaste en verdeel over de rijst aan de dichtstbijzijnde kant. Leg een portie zalm op de mayonaise. Om de sushi op te rollen vouw je het bamboematje naar binnen, te beginnen aan de kant met de vulling. Vouw het uiteinde van de nori wat naar binnen om de rol te beginnen. Blijf rollen en houd het matje daarbij omhoog. Druk het rolletje zacht aan tot je klaar bent met rollen. Maak het uiteinde van de nori vochtig met wat water en plak het rolletje dicht. Haal de rol van de mat en in gelijke stukken met een zeer scherp, nat gemaakt mes. Serveer met de shoyu, wasibipasta en gember.

Hak de zalm en de gerookte zalm zeer fijn tot tartaar. Breng op smakk met peper, zout, citroensap en sjalot. Zet de gehakte zalm koel weg. Snijd de bieslook zeer fijn en roer het door de creme fraiche, maak de zeekraal schoon. Vul een steker met de zalm en zet deze op een bord. Druk de zalm met een stamper voorzichtig aan en verwijder de steker. Drapeer de saus bij het gerecht. Strooi er wat zeekraal en zalmeitjes omheen.

Kneed de bloem, de eieren, de olie, het water, het zout en gepureerde spinazie of tomaten goed door elkaar. Maak het deeg zo plat mogelijk, en laat het drogen. Als het deeg droog is snij het in zeer smalle reepjes voor tagliatelle of in wat bredere repen voor lasagna. De kooktijd is +/- 14 minuten afhankelijk van de dikte. Gebruik ruim gezouten water of kook het in water met een bouillonblokje. Voor witte pasta, 1 à 2 eieren extra en wat meer olie en water gebruiken. Wil men pasta met tuinkruiden voeg dan aan de witte pasta 50 gram fijngehakte tuinkruiden toe. Volkorenpasta kan ook, neem dan 300 gr volkorenmeel.

Smelt de chocolade au bain marie. Breng de melk aan de kook, haal van het vuur af en voeg de tijm en de zeste van de helft van de sinaasappels toe. Laat 15 minuten trekken. Zeef de melk en breng vervolgens weer aan de kook. Smelt intussen de witte chocolade. Voeg de melk al roerend aan de witte chocolade toe en voeg aan dit mengsel de gesmolten pure chocolade toe. Blijf goed roeren. Laat de soep tot gebruik afkoelen.

Maak mooie zestes van de andere helft van de sinaasappels. Blancheer de zestes kort.

Zet vervolgens water op met suiker en laat de zestes gedurende 10 minuten koken zodat ze zijn gekonfijt.

Snijd de kruidkoek in croutonblokjes (snijd de zwarte korst eraf), leg op een ovenplaat en laat in een oven van 180ºC gedurende 15 minuten drogen. Schud af en toe even door.

Schenk de soep in kleine kopjes, versier met de gekonfijte sinaasappelzestes en zet schalen met croutons op tafel.

Breng het water met het dashipoeder aan de kook. Voeg de tofu en de paddestoelen toe en laat 3 minuten sudderen op laag vuur. Roer de miso erdoor en laat alles weer sudderen tot de miso volledig is opgelost. Haal de pan van het vuur, doe de lente-uitjes in de soepkommen en schenk de soep op de uitjes. Serveer direct.