Maak een roux: smelt de boter. Voordat de boter bruin wordt, voeg je de bloem er in één keer bij. Roer met een houten spatel tot je een papje hebt. Houd het vuur laag. Blijf roeren, en laat de bloem enkele minuten garen. Begin dan met het toevoegen van de bouillon, die je van te voren hebt afgewogen in een maatbeker. De vloeistof kan koud of warm zijn. In het begin gaat er steeds een klein beetje bouillon bij. Zodra de eerste lepel bouillon in de pan valt, verandert het papje in een deegje. Blijf roeren, dan komen er geen klontjes.. Als de bouillon helemaal is opgenomen, giet je weer een kleine hoeveelheid bouillon erbij, en weer roeren tot een glad papje. Naarmate er meer bouillon is toegevoegd, kan er een grotere plens bij. Wacht echter iedere keer tot de bouillon helemaal is opgenomen en heeft geprutteld. Knijp de gelatineblaadjes uit en voeg deze toe aan de massa. Laat iets afkoelen.